Efficiënt EU-beleid voor efficiënte EU-industrie
Samenvatting
De Europese Commissie beschouwt innovatie terecht als de sleutel om tot een koolstofarme samenleving te komen. De Europese ferrolegeringsbedrijven hebben het voortouw genomen en behoren nu al tot de meest klimaatefficiënte ter wereld. De EU moet nu leren van haar beleidsfouten en de nodige veranderingen doorvoeren om het voortouw te nemen in de wereldwijde verschuiving. Zolang er geen mondiale klimaatovereenkomst is, moet het speelveld worden geëgaliseerd door voldoende bescherming tegen koolstoflekkage. Alleen dan kan de industrie beschikken over het voorspelbare kader dat nodig is om een innovatiesprong te maken en nieuwe technologie toe te passen om het energieverbruik en de uitstoot te verminderen. De Commissie moet ook
kijken naar financieringsmogelijkheden die dit proces kunnen versnellen. En met een ondersteunend en voorspelbaar beleidskader heeft de Europese industrie de middelen, de wil en de competentie om een voertuig voor verandering te zijn, de Europese (ferrolegeringen) industrie heeft. om de wereld te leiden om noodzakelijke veranderingen door te voeren. de EU heeft het. vermogen om te leiden om te leiden.
Open volledig artikel
Efficiënt EU-beleid voor efficiënte EU-industrie
Energie en de centrale rol ervan bij de productie van ferrolegeringen
De productie van ferrolegeringen en silicium is zeer energie-intensief. Energiekosten zijn een van de belangrijkste concurrentiefactoren voor de industrie en dus wordt waar mogelijk gestreefd naar energie-efficiëntie. Energie-efficiëntiemaatregelen van de industrie hebben ook als bijkomend voordeel dat zij de CO2-uitstoot verminderen, en dus zijn energie-efficiëntie en klimaatinspanningen nauw met elkaar verbonden in de industriële besluitvorming.
Nauwere afstemming van het klimaat- en energiebeleid van de EU
De voorgestelde nieuwe structuur van de EU-instellingen, waarbij energie- en klimaatbeleid aan elkaar worden gekoppeld, wordt door onze industrie dan ook positief onthaald. Het toekomstige team van de Europese Commissie geeft blijk van een engagement voor de mainstreaming van het beleid inzake concurrentievermogen en industrie, overeenkomstig het streefcijfer van 20% voor de industrie in het bbp van de EU tegen 2020, dat wij van harte toejuichen.
De tijd dat de wereld zich vastberaden zal inzetten voor maatregelen tegen klimaatverandering is nog niet gekomen; het EU-ETS heeft geen equivalent in concurrerende regio's (terwijl sommige van de opkomende systemen hebben geleerd van de fouten van de EU).
De grootste zorgen van energie-intensieve industrieën zijn de stijgende energiekosten en de toenemende onzekerheid over het klimaatbeleid van de EU. De Europese industrie wordt geconfronteerd met hogere energieprijzen dan onze belangrijkste concurrenten en er is een groeiende behoefte om naar oplossingen te zoeken. Met name de indirecte kosten van CO2 die in de elektriciteitsprijs zijn doorberekend, moeten efficiënt worden aangepakt door middel van nieuw beleid.
Het klimaatbeleid - en met name de voortdurende veranderingen en interferenties op de ETS-markt - baren grote zorgen. De emissiereducties in de industrie zijn deels te danken aan de economische neergang, met de daaruit voortvloeiende vermindering van de productie in plaats van innovatie in koolstofarme technologieën.
Innovatie mogelijk maken voor een meer energie-efficiënte toekomst
De Europese Commissie beschouwt innovatie terecht als de sleutel tot een koolstofarme samenleving. De Europese ferrolegeringsbedrijven hebben het voortouw genomen en behoren nu al tot de meest klimaatefficiënte ter wereld. Verdere verbeteringen op het gebied van efficiëntie en technologie vergen echter investeringen. En om investeringen te rechtvaardigen moet de industrie concurrerend en winstgevend zijn, terwijl het beleidskader bekwaam en voorspelbaar moet zijn. De Europese industrie heeft de competentie en de wil om te innoveren en te zoeken naar nieuwe, energie-efficiëntere oplossingen. Zolang er echter geen mondiale klimaatovereenkomst is, moet het speelveld worden geëgaliseerd door voldoende bescherming tegen koolstoflekkage. Alleen dan kan de industrie beschikken over het voorspelbare kader dat nodig is om een innovatiesprong te maken en nieuwe technologie toe te passen om het energieverbruik en de uitstoot te verminderen. De Commissie moet ook kijken naar financieringsmogelijkheden die dit proces kunnen versnellen. Een voorbeeld hiervan is te vinden in Noorwegen, waar dankzij overheidssteun 15 TWh (bijna 12% van het jaarlijkse totale verbruik) is geïnvesteerd in energie-efficiëntiemaatregelen en verschillende baanbrekende O&O-projecten.
Het "oude continent" is een voorloper geweest op het gebied van klimaatbeleid, maar de industriële investeringen hebben te lijden... De EU moet nu leren van haar beleidsfouten en de nodige veranderingen doorvoeren om wereldwijd het voortouw te nemen. En met een ondersteunend en voorspelbaar beleidskader beschikt de Europese (ferrolegeringen)industrie over de middelen, de wil en de competentie om een voertuig voor verandering te zijn.