Energie-efficiëntie om de energie-unie veilig te stellen

18 april 2016 door Yamina Saheb
Energie-efficiëntie om de energie-unie veilig te stellen

Samenvatting

Uit het JRC-rapport blijkt dat energiebesparing in 2030 de eerste brandstof van Europa zal zijn. Energieafhankelijkheid en klimaatverandering worden getemperd en de rekeningen voor de invoer van fossiele brandstoffen worden verlaagd. Het dichten van de 2020-energie-efficiëntiekloof is de eerste stap om de 2030-doelstelling te halen. Gezien de omvang van de investeringen die nodig zijn om het energiesysteem van de EU koolstofarm te maken, moet een kader worden ontwikkeld voor risicovrije investeringen in energie-efficiëntie (DEEI).

Het doel is ervoor te zorgen dat energiebesparing op gelijke voet concurreert met opwekkingscapaciteit door het door investeerders waargenomen risico, dat de financiële kosten en bijgevolg de kapitaalkosten van het koolstofarm maken verhoogt, te verlagen

De EU zal haar doelstellingen op het gebied van voorzieningszekerheid en klimaatverandering verwezenlijken en tegelijk de groei, de groei, het concurrentievermogen van de EU-industrie en de werkgelegenheid stimuleren. Wij hopen dat 2016 een keerpunt wordt voor het klimaat- en energiebeleid van de EU en dat we onze laatste kans om de Energie-Unie veilig te stellen niet laten voorbijgaan! Een garantiefonds voor dergelijke investeringen wordt aanbevolen.

Open volledig artikel

Energie-efficiëntie om de energie-unie veilig te stellen

Hoe energie-efficiëntie voldoet aan de klimaat- en energiedoelstellingen van de EU

Het GCO-verslag (downloadlink hierboven) levert wetenschappelijk bewijs ter ondersteuning van het "Efficiëntie eerst"-beginsel dat in de strategie voor de Energie-Unie wordt gehanteerd. Op basis van de analyse van de ontkolingsscenario's toont het rapport aan dat energiebesparing in 2030 de eerste brandstof van Europa zal zijn (figuur 1). Bovendien zal in het scenario waarin gestreefd wordt naar 40% energiebesparing, de som van energiebesparing en hernieuwbare energiebronnen groter zijn dan de som van alle fossiele brandstoffen (vaste brandstoffen, aardolie en aardgas). Als gevolg daarvan worden de energieafhankelijkheid en de klimaatverandering getemperd en worden de rekeningen voor de invoer van fossiele brandstoffen verlaagd, terwijl de invoer van fossiele brandstoffen momenteel de handelsbalans van de meeste lidstaten verslechtert en hun bijdrage aan de opwarming van de aarde vergroot. Kortom, door van energie-efficiëntie het mechanisme voor vraagmatiging te maken, zal de EU haar doelstellingen op het gebied van voorzieningszekerheid en klimaatverandering bereiken en tegelijk de groei aanzwengelen, het concurrentievermogen van de EU-industrie stimuleren en banen creëren.

Het koolstofarm maken van het energiesysteem van de EU vergt echter een paradigmaverschuiving in de opzet van het klimaat- en energiebeleid om van energiebesparing de nichebrandstof voor investeerders te maken, vooral wanneer de energieprijzen laag zijn en bij gebrek aan een mondiale overeenkomst om koolstofbesparing te beprijzen. Het dichten van de 2020-energie-efficiëntiekloof is de eerste stap om de 2030-doelstelling te halen. Om dit doel te bereiken, moeten de particuliere investeringen in energie-efficiëntieprojecten worden opgevoerd, moeten de instellingen en de vaardigheden worden hervormd en moet worden geïnvesteerd in de ontwikkeling en de inzet van koolstofarme technologieën.

Gezien de omvang van de investeringen die nodig zijn om het energiesysteem van de EU koolstofarm te maken, moet een kader worden ontwikkeld voor het risicoloos maken van investeringen in energie-efficiëntie (DEEI). Het doel is ervoor te zorgen dat energiebesparing op gelijke voet concurreert met opwekkingscapaciteit door het vermeende risico voor investeerders, dat de financiële kosten en bijgevolg de kapitaalkosten van het koolstofarm maken van het energiesysteem van de EU verhoogt, te verlagen. Een garantiefonds voor dergelijke investeringen wordt aanbevolen. Dit zou de financiële kosten drukken door een garantie te bieden voor leningen voor energie-efficiëntie, waardoor de rentevoet en bijgevolg de kapitaalkosten dalen. Voorts moet, gezien de algemene overeenstemming om klimaatverandering en energiezekerheid te beschouwen als maatschappelijke kwesties die beide worden verzacht door energie-efficiëntie, een maatschappelijke discontovoet worden gebruikt bij het uitvoeren van kosten-batenanalyses van het koolstofvrij maken van het energiesysteem van de EU.

De strategie voor betere regelgeving en de komende herziening van diverse EU-instrumenten voor klimaat- en energiebeleid bieden een uitgelezen kans voor de ontwikkeling van een gestroomlijnd en meer geïntegreerd kader voor klimaat- en energiebeleid waarin de DEEI als een van de componenten moet worden opgenomen.

Laten we hopen dat 2016 een keerpunt wordt voor het klimaat- en energiebeleid van de EU en dat we onze laatste kans om de Energie-Unie veilig te stellen niet missen!


Gerelateerde Inhoud   #hernieuwbare energiebronnen  #energie-efficiëntie  #energie-afhankelijkheid