Nieuwe registratie van energieprestatiecontracten (EPC's) in overheidsrekeningen

08 oktober 2017 door Rod Janssen
Nieuwe registratie van energieprestatiecontracten (EPC's) in overheidsrekeningen

Samenvatting

Eurostat heeft nieuwe richtsnoeren gepubliceerd voor de registratie van energieprestatiecontracten in overheidsrekeningen. Dit kan een grote impact hebben op investeringen in energie-efficiëntie in de overheidssector. EPC-projecten kunnen ook aanvullende diensten in verband met efficiënte energievoorziening omvatten. Het Investor Confidence Project Europe is opgezet om de toegang tot financiering voor de bouw-, industrie-, stadsenergie- en straatverlichtingsmarkten te ontsluiten door standaardisering van de wijze waarop energie-efficiëntieprojecten worden ontwikkeld, gedocumenteerd en gemeten. Standaardisering aan de hand van de door het ICP vastgestelde beste praktijken vermindert het risico voor investeerders met betrekking tot het verwachte resultaat van een energie-efficiëntieproject. De nieuwe richtsnoeren voor EPC's kunnen een

belangrijke manier zijn om deze te integreren met de IPC-benadering, en bij stadsenergie, in mindere mate, overheidsinstanties betrekken. Het is belangrijk om meer bekendheid te geven aan de wijze waarop EPC's kunnen helpen bij de investeringsbeslissingen voor IPC's. Deze factoren openen de deur voor ICP's kunnen ook de transactiekosten verminderen. en het ICP.

Open volledig artikel

Nieuwe registratie van energieprestatiecontracten (EPC's) in overheidsrekeningen

Nieuwe registratie van energieprestatiecontracten (EPC's) in overheidsrekeningen

Onlangs heeft Eurostat, het bureau voor de statistiek van de Europese Unie, nieuwe richtsnoeren gepubliceerd voor de registratie van energieprestatiecontracten in overheids rekeningen. Dit kan een grote impact hebben op investeringen in energie-efficiëntie in de overheidssector. De meeste van deze investeringen hebben betrekking op de energievraagzijde, maar EPC-projecten kunnen ook aanvullende diensten in verband met efficiënte energievoorziening omvatten.

Volgens de richtlijn energie-efficiëntie 2012/27/EU (EED) is een energieprestatiecontract "een contractuele regeling tussen de begunstigde en de aanbieder van een maatregel ter verbetering van de energie-efficiëntie, die gedurende de gehele looptijd van het contract wordt gecontroleerd en gemonitord, waarbij investeringen (werk, levering of dienst) in die maatregel worden betaald in verhouding tot een contractueel overeengekomen niveau van verbetering van de energie-efficiëntie of een ander overeengekomen energieprestatiecriterium, zoals financiële besparingen."

Langzaam maar zeker hebben energieprestatiecontracten aan belang gewonnen naarmate beleidsmakers en investeerders op zoek zijn naar manieren om een betere financieringsstroom te waarborgen. Voor de Europese Unie begon dit met de SAVE-richtlijn in 1993, waarin in artikel 4 werd gesteld: "De lidstaten stellen programma's op en voeren deze uit om financiering door derden mogelijk te maken voor investeringen in energie-efficiëntie in de publieke sector. In deze richtlijn wordt onder "financiering door derden" verstaan de totale verstrekking van diensten op het gebied van controle, installatie, exploitatie, onderhoud en financiering van een investering op het gebied van energie-efficiëntie, waarbij de terugbetaling van de kosten van deze diensten geheel of gedeeltelijk afhankelijk is van de mate van energiebesparing."[1] Deze richtlijn werd meer dan tien jaar later vervangen, maar het punt is dat de lidstaten hierdoor actief zijn gaan nadenken over de rol die financiering door derden en energieprestatiecontracten kunnen spelen in de publieke sector.

Nieuwe richtsnoeren van Eurostat

Hoewel er een paar jaar geleden al richtsnoeren zijn gepubliceerd, is het goed om te zien dat Eurostat in september nieuwe richtsnoeren heeft gepubliceerd. De herziene leidraad verduidelijkt de boekhoudregels die van toepassing zijn op de behandeling van energieprestatiecontracten. Zij liggen in het verlengde van het werk dat Eurostat al heeft verricht om de boekhoudregels voor verschillende soorten overheidsinvesteringen te verduidelijken, waaronder de vorig jaar gepubliceerde Guide to the Statistical Treatment of Public Private Partnerships.

Energieprestatiecontracten in de publieke sector bieden een praktische oplossing om overheidsgebouwen en andere openbare infrastructuur energie-efficiënter te maken, aangezien de initiële investering kan worden gedekt door een private partner en kan worden terugbetaald door gegarandeerde energiebesparingen. Vaak bevat dit type contract echter tegelijkertijd elementen van een huur-, diensten-, lease-, koop- of leningsovereenkomst, waardoor de registratie ervan complex wordt. Op verzoek van de lidstaten heeft Eurostat samengewerkt met de nationale bureaus voor de statistiek om na te denken over de meest geschikte manier om EPC's in overheidsrekeningen op te nemen.

De Eurostat-richtsnoer over de boekhoudkundige behandeling van EPC's vergroot de mogelijkheden voor overheidsinstanties om dergelijke contracten te gebruiken aanzienlijk, doordat de omstandigheden waarin deze contracten buiten de overheidsbalansen kunnen worden geboekt, erin worden opgenomen en verduidelijkt. Zij effent ook de weg voor de ontwikkeling van een sterkere markt van EPC-aanbieders, waarbij veel kleine en middelgrote ondernemingen betrokken zijn. Volgens gegevens van het Europees expertisecentrum op het gebied van publiek-private samenwerking (EPEC) zijn in de afgelopen vijf jaar 345 nieuwe publiek-private samenwerkingsprojecten op het gebied van energieprestaties ondertekend in 16 lidstaten van de EU, voor een totale waarde van meer dan 65 miljard euro.

EPC's waarbij de energie-efficiëntie wordt bereikt door energiebeheersmaatregelen, zonder enige investering in de toevoeging of vernieuwing van apparatuur, worden behandeld als eenvoudige service- of onderhoudscontracten. Deze herziene leidraad wordt toegepast in gevallen waarin de EPC-aannemer kan worden beschouwd als de economische eigenaar van het activum, wanneer EPC's een initiële kapitaaluitgave vereisen om de energie-efficiëntie van een installatie te verbeteren.

Wat betekent dit voor de nieuwe fase van het Investor Confidence Project for Industry, District Energy en Street lighting?

Het Investor Confidence Project Europe, dat wordt gefinancierd door de Europese Commissie, is bedoeld om de toegang tot financiering voor de markten voor gebouwen, industrie, stadsenergie en straatverlichting te ontsluiten door standaardisering van de wijze waarop energie-efficiëntieprojecten worden ontwikkeld, gedocumenteerd en gemeten. Standaardisering aan de hand van door ICP vastgestelde beste praktijken vermindert het risico voor investeerders met betrekking tot het verwachte resultaat van een energie-efficiëntieproject. Het vermindert ook de tijd en vaardigheden die investeerders nodig hebben om de due diligence voor elk individueel project uit te voeren. Deze factoren maken de weg vrij voor meer kapitaal voor de financiering van dergelijke projecten of voor de herfinanciering van investeringen van projectontwikkelaars en ESCO's.

Bij straatverlichting, voor een groot deel, en bij stadsenergie, voor een kleiner deel, zijn overheidsinstanties betrokken. De nieuwe richtsnoeren voor EPC's kunnen een belangrijke manier zijn om deze te integreren met de IPC-benadering, aangezien EPC's zeker kunnen worden gebruikt voor IPC-projecten.

De Europese Commissie heeft reeds een project gefinancierd waarin wordt gekeken naar straatverlichting en EPC's. Dit is belangrijk om meer bekendheid te geven aan de wijze waarop EPC's kunnen helpen bij de investeringsbeslissingen voor verlichtingsupgrades.

Korte samenvatting van ICP

ICP (Investor Confidence Project Europe) biedt een gestandaardiseerd kader voor de ontwikkeling van energie-efficiëntieprojecten om de onzekerheid voor klanten en investeerders te verminderen - en zo bij te dragen tot de groei van het aantal projecten en de markt voor de financiering van energie-efficiëntie.

ICP is gebaseerd op twee grondslagen:

  1. Het ICP-kader Het ICP-kader brengt beste praktijken en bestaande technische normen samen in een reeks protocollen die een duidelijk stappenplan definiëren voor het ontwikkelen van projecten, het bepalen van besparingsramingen, en het documenteren en verifiëren van resultaten.
  2. Onafhankelijke certificering door een derde partij ICP's Investor Ready Energy Efficiency™ (IREE™) is een internationale certificering die garandeert dat de beste praktijken, de juiste professionals en validering door een derde partij worden gebruikt om projecten van hoge kwaliteit op te leveren waar u op kunt rekenen.

Waar staan we nu?

Het huidige ICP-project voor industrie, districtsenergie en straatverlichting is in mei 2017 van start gegaan. De eerste fase betreft de industrie, maar de volgende fase over wijkenergie en straatverlichting gaat begin 2018 van start. De industriefase omvat de ontwikkeling van de protocollen, waarbij gebruik wordt gemaakt van de expertise van een grote groep deskundigen, en vervolgens het testen van het systeem door middel van proefprojecten.

Binnenkort zal ICP afzonderlijke technische fora opzetten voor stadsenergie en voor straatverlichting om te helpen bij de ontwikkeling van protocollen. Als u hierbij betrokken wilt worden, kunt u terecht op onze website. Belangrijk is ook uw reactie op de richtsnoeren van Eurostat over EPC's en of u dit als een belangrijke doorbraak ziet om de investeringen in stadsenergie en straatverlichting te helpen verhogen.

Bezoek onze website om onze aanpak beter te begrijpen.

Voor meer informatie of om uw feedback te geven over de richtsnoeren van Eurostat kunt u contact met mij opnemen via rod.janssen(at)ee-ip.org.

 

1] In 2000 is een evaluatie van Richtlijn 93/76 opgesteld maar niet gepubliceerd voor wat nu DG Energie is.

 

Verwante artikelen

 


Gerelateerde Inhoud   #ontwikkeling van projecten  #epc-projecten  #energie-efficiëntie