De punten van de richtlijn energie-efficiëntie verbinden met rapportage over duurzame financiering. Het volledige potentieel ontsloten.
Samenvatting
Aanbeveling 2024/2002 van de Europese Commissie biedt een leidraad voor de implementatie van de richtlijn inzake energie-efficiëntie (EED) in harmonie met de richtlijn inzake duurzaamheidsverslaglegging (CSRD) en de richtlijn inzake due diligence op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen (CSDD). De aanbeveling benadrukt de integratie van energieaudits en energiebeheersystemen, de financiering van energie-efficiëntie en rapportageactiviteiten met betrekking tot duurzaamheid, die nu voor veel bedrijven verplicht zijn. Energie-efficiëntienetwerken worden aangemoedigd, met name voor KMO's, om ervaringen en expertise uit te wisselen voor meer efficiëntie en vermindering van broeikasgasemissies.
De aanbeveling benadrukt de monetarisering van niet-energetische voordelen van energie-efficiëntiemaatregelen, zoals betere bedrijfsprestaties en luchtkwaliteit, evenals de invoering van hernieuwbare energiebronnen. Ook energieprestatiecontracten, waarbij de betaling is gekoppeld aan daadwerkelijke energiebesparingen, worden in detail beschreven.
De ESRS-rapportagenormen vragen om transparantie in financiële en duurzaamheidsprestaties, inclusief energie. Rapportage in het kader van de EED moet worden afgestemd op de ESRS, waardoor bedrijven verplicht zijn om het energieverbruik en de uitvoeringspercentages van efficiëntiemaatregelen in hun jaarverslagen te documenteren.
Hoewel Aanbeveling 2024/2002 niet expliciet aansluit bij andere richtlijnen, spoort het de lidstaten aan om tijdens hun omzettingsproces de integratie van EED-vereisten met verplichtingen van de CSRD en de CSDD te overwegen. Deze complementaire richtlijnen hebben tot doel de duurzaamheidsrapportering en due diligence van de activiteiten en toeleveringsketens van bedrijven voor duurzaamheidsdoeleinden te verbeteren. De aanpak is iteratief, waardoor continuïteit in de nalevingsrapportage wordt aangemoedigd en de wijdverspreide invoering van energie-efficiëntie en klimaatbeperkende maatregelen wordt bevorderd.
Open volledig artikel
De punten van de richtlijn energie-efficiëntie verbinden met rapportage over duurzame financiering. Het volledige potentieel ontsloten.
Deze zomer publiceerde de Europese Commissie in het Publicatieblad een reeks aanbevelingen en richtsnoeren voor de lidstaten met het oog op de omzetting van de richtlijn betreffende energie-efficiëntie (EU) 2023/1791, die uiterlijk op 11 oktober 2025 moet zijn goedgekeurd:
- 2024/2143 met richtsnoeren voor de interpretatie van artikel 3 betreffende het beginsel van energie-efficiëntie in de eerste plaats;
- 2024/1722 met richtsnoeren voor de interpretatie van artikel 4 met betrekking tot energie-efficiëntiestreefcijfers en nationale bijdragen;
- 2024/1716 houdende richtsnoeren voor de interpretatie van de artikelen 5, 6 en 7 met betrekking tot het energieverbruik in de publieke sector, de renovatie van overheidsgebouwen en overheidsopdrachten
- 2024/1590 tot omzetting van de artikelen 8, 9 en 10 betreffende de bepalingen inzake de energiebesparingsverplichting;
- 2024/2002 tot vaststelling van richtsnoeren voor de interpretatie van artikel 11 met betrekking tot energiebeheersystemen en energieaudits
- 2024/2481 tot vaststelling van richtsnoeren voor de interpretatie van de artikelen 21, 22 en 24 met betrekking tot de bepalingen inzake consumentenbescherming;
- 2024/2395 tot vaststelling van richtsnoeren voor de interpretatie van artikel 26 betreffende verwarming en koeling;
- 2024/2476 houdende richtsnoeren voor de interpretatie van artikel 29 van de richtlijn met betrekking tot energiediensten;
- C/2023/8558) over de omzetting van artikel 30 inzake nationale fondsen voor energie-efficiëntie, financiering en technische ondersteuning.
Daarnaast stelt de Commissie voor om voorbeelden van goede praktijken die illustreren hoe de nieuwe en herziene bepalingen kunnen worden geïmplementeerd, op te nemen in het verslag van de contractanten over goede praktijken met betrekking tot de EED-herziening (https://circabc.europa.eu/ui/group/8f5f9424-a7ef-4dbf-b914-1af1d12ff5d2/library/12d21f3f-42bf-4d63-979a-9cd1006a2ff1/details?download=true).
Van alle aanbevelingen wil ik graag de relevantie van 2024/2002 benadrukken. Het streeft ernaar om de wettelijke, sociale en financiële vereisten van de EED met elkaar te verbinden en ze synergetisch te laten werken, zodat ze allemaal tegelijk kunnen voldoen aan de openbaarmakingsverplichtingen van de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) en de Corporate Sustainability Due Diligence Directive (CSDD). Dit is een allesomvattende nieuwe benadering van het beheer van risico's en voordelen in de hele toeleverings- en waardeketen in de richting van Net Zero.
In het bijzonder verbindt Aanbeveling 2024/2002 in een holistisch kader de activiteiten van:
- energieaudits en energiebeheersystemen (EnMS). De actieplannen en de uitvoeringsgraad van de aanbeveling worden gepubliceerd in het jaarverslag van de onderneming en worden openbaar gemaakt;
- financiering van activiteiten ter verbetering van energie-efficiëntie en exploitatie van hernieuwbare bronnen;
- monitoring en rapportage van activiteiten op het gebied van duurzaamheid volgens de ESRS (European Sustainability Reporting Standards) van de European Financial Reporting Advisory Group (EFRAG) van de Commissie. De ESRS stellen verplichtingen vast voor de openbaarmaking van duurzaamheid voor bedrijven en organisaties, zoals gedefinieerd in de EU CSRD 2022/2464 of vrijwillige openbaarmakingen voor niet-beursgenoteerde kleine en middelgrote ondernemingen.
Al deze vereisten zijn geïntegreerd en ingebed in de context van de verplichtingen van de CSDD 2024/1760 met betrekking tot de zorgvuldigheidsplicht van ondernemingen voor duurzaamheidsdoeleinden.
De relevante onderwerpen van Aanbeveling 2024/2002 zijn:
Energie-audit en energiebeheersystemen
Energieaudits (volgens EN 16247) of energiebeheersystemen (volgens EN ISO 50001) zullen verplicht worden voor veel industriële en commerciële ondernemingen. Deze systematische beoordelingen analyseren het energieverbruikprofiel van een bedrijf of gebouw en identificeren mogelijkheden om de energie-efficiëntie te verbeteren en bepalen de oorzaak-gevolg prestatie-indicatoren die van invloed zijn op de financiële prestaties van het project. Het gewenste resultaat is het aanmoedigen en ondersteunen van de implementatie van duurzame praktijken in de richting van decarbonisatie en Net Zero, waarbij de voortgang naar gerichte veranderingen wordt bewaakt.
Energie-efficiëntienetwerk
Energie-efficiëntienetwerken ondersteunen bedrijven, met name kmo's, om een gemeenschappelijke weg in te slaan naar meer efficiëntie en minder uitstoot van broeikasgassen. Deze netwerken vergemakkelijken de uitwisseling van ervaringen en informatie en bieden bedrijven toegang tot onafhankelijke deskundigen om hun prestaties te evalueren en duurzame strategieën te implementeren. Deze initiatieven blijken effectief te zijn bij het promoten van energieaudits en het aanmoedigen van de invoering van energiebeheersystemen, vooral voor bedrijven (MKB) die onder de verplichte verbruiksdrempel blijven die is gedefinieerd in de richtlijn betreffende energie-efficiëntie.
Meervoudige voordelen van energie-efficiëntie
De invoering van energie-efficiëntiemaatregelen biedt de mogelijkheid om niet-energetische voordelen, die verder gaan dan eenvoudige energiebesparingen, te gelde te maken. Deze omvatten verbeteringen in bedrijfsprestaties, luchtkwaliteit en lagere bedrijfskosten. Bovendien draagt de integratie van hernieuwbare energiebronnen bij aan de klimaatdoelstellingen. Niet-energetische voordelen vormen een strategische hefboom voor bedrijfswaarde, terwijl ze de duurzaamheid van het milieu verbeteren. Dit onderwerp is het doel van een Europese norm die in ontwikkeling is bij CEN CENELEC.
Energieprestatiecontracten
Een energieprestatiecontract is een overeenkomst tussen een bedrijf en een leverancier van energiediensten, gericht op het verbeteren van de energie-efficiëntie van bedrijfsfaciliteiten of -processen. Dit type contract definieert duidelijk de energiebesparingsdoelstellingen, die door de dienstverlener moeten worden gegarandeerd. Energieprestatiecontracten bepalen dat de betaling voor de diensten gebaseerd is op de werkelijk behaalde en gemeten energiebesparingen voor de volledige duur van het contract. De EN 17669-norm definieert de minimumvereisten voor dit soort contracten.
Bovendien kunnen bedrijven die een energieprestatiecontract afsluiten, vrijstellingen krijgen van sommige wettelijke EED-verplichtingen, op voorwaarde dat het contract de nodige elementen voor het energiebeheersysteem bevat en voldoet aan de vereisten die zijn vastgelegd door de EED.
ESRS-rapporteringsstandaarden
De ESRS (European Sustainability Reporting Standards) vereisen van bepaalde soorten ondernemingen een grotere transparantie in de rapportering van financiële, milieu- en duurzaamheidsprestaties, inclusief energie. De rapportageverplichting onder de EED komt overeen met de ESRS, waarbij bedrijven verplicht worden om het energieverbruik en de implementatiepercentages van efficiëntiemaatregelen te rapporteren in hun jaarlijkse financiële verslag. De ESRS-beginselen die door EFRAG zijn ontwikkeld en door de Commissie zijn aangenomen, ondersteunen de integratie van energie-informatie in de balansen van bedrijven en moedigen naleving aan van de internationale normen en de eisen van de taxonomie waarnaar wordt verwezen in Verordening 2020/852 met betrekking tot het opzetten van een kader dat duurzame investeringen bevordert. Het is belangrijk om de relevante risico- of voordeelindicatoren te vermelden die de oorzaak-en-gevolgrelatie bepalen die een positieve of negatieve impact van een niet-financiële beslissing op de bedrijfsresultaten genereren. Deze 'bemiddelende factoren' zijn de KPI en energieprestatie-indicator die gewoonlijk worden gedefinieerd in de energieaudit of het EnMS.
Aanbeveling 2024/2002 geeft geen verbanden aan met andere richtlijnen. Niettemin moeten de lidstaten in hun eigen omzettingsproces de integratie en de interoperabiliteit van de EED-vereisten met de verplichtingen van de CSRD en de CSDD overwegen.
Richtlijn (EU) 2022/2464 Maatschappelijke verslaggeving (CSRD)
De richtlijn stelt nieuwe eisen aan duurzaamheidsrapportage voor bedrijven. De richtlijn vloeit voort uit het engagement van de EU voor de Green Deal en heeft tot doel de transparantie en vergelijkbaarheid van niet-financiële informatie te verbeteren. De openbaarmakingsverplichtingen worden uitgebreid naar alle grote ondernemingen, inclusief niet-beursgenoteerde, en naar kleine en middelgrote beursgenoteerde ondernemingen (met uitzondering van micro-ondernemingen), om de openbaarmaking van sociale en milieueffecten te garanderen. Ondernemingen uit derde landen met significante activiteiten in de EU moeten ook aan de richtlijn voldoen. De richtlijn introduceert het concept van "dubbele relevantie", waardoor bedrijven verplicht worden om zowel rekening te houden met de impact van hun activiteiten op het milieu en de maatschappij, als met de risico's en kansen voor het bedrijf zelf. De richtlijn werd in ons land geïmplementeerd met Wetgevingsdecreet 2024/125 op 6 september 2024.
Richtlijn (EU) 2024/1760 zorgvuldigheidseisen voor duurzaam ondernemen (CSDD)
De richtlijn definieert "zorgvuldigheidseisen" voor bedrijven om duurzaamheid en de bescherming van mensenrechten en het milieu in wereldwijde waardeketens te bevorderen.
Bedrijven moeten preventieve maatregelen nemen om negatieve gevolgen voor mensenrechten en het milieu te identificeren, te vermijden en te beperken, zowel in hun eigen activiteiten als in die van de toeleveringsketen.
De weg naar het mogelijke leidt ons met de klok mee. Het pad begint met de energieaudit en energiebeheersystemen, gaat verder met de Meervoudige voordelen en het Energieprestatiecontract en eindigt met de nalevingsrapportage aan Taxonomy. Het proces is iteratief en maakt continuïteit mogelijk met de CSRD- en CSDDD-verplichtingrapportage.
Het bereiken van de regelgevende, sociale en financiële voorwaarden die de grootschalige invoering van maatregelen ter verbetering van de energie-efficiëntie (klimaatmitigatie en -adaptatie) mogelijk maken, is een kritieke impactfactor van de EED.
De weg naar de mogelijkheden is om alle relevante belanghebbenden (financiële instellingen, organisaties voor financiële verslaglegging en normstellers) en de beleidsmaker (de EU-Commissie) tegelijk te betrekken en synergetisch samen te werken om het volledige potentieel te ontsluiten.